Op 10 maart 2000 bereikte de Nasdaq het hoogste punt in wat later de dotcombubbel is gaan heten. Het waren vreemde tijden. Bedrijven die ‘.com’ aan hun naam toevoegden, zagen hun beurswaarde verdubbelen. De mate van verlies werd gezien als gezonde investeringsdrang en de meest vreemde waarderingsmaatstaven werden bedacht om de waardering van aandelen nog enigszins goed te praten.
Een klassieke zeepbel, wat ook tot uiting kwam in het feit dat de Nasdaq in de twee jaren na 2000 bijna 80% van zijn beurswaarde verloor.
Achteraf gezien bleek dit slechts een tijdelijke stap terug, want wie op 9 oktober 2002 zijn geld in de Nasdaq had belegd, had vervolgens een gemiddeld jaarlijks rendement (inclusief dividend) van maar liefst 15,7% behaald. Zelfs precies op de piek van de bubbel in 2000 kopen, had een gemiddeld jaarlijks rendement (inclusief dividend) opgeleverd van 5,7%. Ter vergelijking: de MSCI World (in $) leverde over die periode een rendement van 5,6%.
De wijze les? Dat je de kracht van een megatrend moeilijk kunt onderschatten. In 2020 bereikten technologieaandelen de hoogste overwaardering ooit (tulpenbollen en bitcoin even daargelaten) en toch blijkt het achteraf geen doodzonde te zijn geweest als je toen was ingestapt.
Spreiding, werkt dat eigenlijk?
Dat zette mij aan het denken. Wat als je al je geld niet in de Nasdaq, maar in de vijf grootste tech-namen van dat moment had gestoken, waarmee je al die verliezen in partijen zoals Pets.com en World Online had vermeden? Momenteel zien we immers ook een duidelijke trend dat de leidende bedrijven alleen maar sterker uit de strijd komen. Was dat wellicht een strategie geweest die betere rendementen had opgeleverd?
Het antwoord is nee. Had je op 10 maart 2000 in de vijf grootste techbedrijven van dat moment belegd, dan was je gemiddelde jaarlijkse rendement op 3,2% blijven steken. Maar liefst drie van de bewuste aandelen (te weten Nokia, General Electric en Cisco Systems) hadden in de tussenliggende periode negatieve rendementen opgeleverd, het vierde bedrijf (Intel) leverde slechts 1,5% per jaar op waarmee het totaal resultaat uiteindelijk vrijwel volledig te danken was aan het aandeel Microsoft (+9,6%).
Hebben we hier nu iets aan? Nee en ja. Dat een belegging in de Nasdaq op de piek van de zeepbel achteraf gezien (en na twintig jaar wachten) toch een goed rendement heeft opgeleverd, biedt uiteraard geen enkele zekerheid voor de toekomst. De wereld van 2021 is echt een heel andere dan de wereld van 2000. Aan de andere kant: het rotsvaste vertrouwen dat de huidige winnaars ook de komende twintig jaar de lijstjes zullen aanvoeren, is wellicht het heroverwegen waard is. Wellicht dat spreiden toch de betere optie is…
Origineel gepubliceerd in het Financieele Dagblad van 20 januari 2021