No free lunch

Laat ik deze column eens beginnen met een bekentenis: gedurende mijn werkzame leven bij Robeco ben ik enigszins allergisch geworden voor wat in de industrie bekend staat onder de term factorbeleggen. Dat is de tak van sport waarbij je aandelen selecteert die een bepaalde karakteristiek kennen. Denk bijvoorbeeld aan fundamenteel ondergewaardeerde aandelen (value), kleinere bedrijven (size), aandelen die het de afgelopen maand goed deden (momentum), of aandelen met een koersverloop dat minder volatiel is (low vol).

Nou klinkt dit wellicht als een willekeurige lijst van karakteristieken, maar dat is het niet. Hét kenmerk van een echte factor is dat uit wetenschappelijke studies is gebleken dat het op de langere termijn een betere risico-rendementsverhouding oplevert.

Mijn vriendin is allergisch voor de bloeiende iep

Als ik zeg dat ik allergisch ben, zeg ik niet dat ik het bestaan van factoren ontken. Mijn vriendin is allergisch voor de bloeiende iep, maar dat betekent niet dat ze het geen mooie boom vindt, of dat ze hem voor een struik uitmaakt. Waar ik op doel, is dat ik moeite heb met het soms wat religieuze fanatisme waarmee factorbeleggers overtuigd zijn van hun gelijk. Hierbij gaat men doorgaans voorbij aan het feit dat resultaten uit het verleden geen garanties bieden voor de toekomst. Elke beleggingsstrategie gaat op een goed moment aan zijn eigen populariteit ten onder. Immers, als iedereen waarde- of low-vol-aandelen koopt, zal de waardering van die aandelen sterk oplopen en het rendement in de toekomst automatisch lager zijn.

Deze les werd voor beleggers in waardeaandelen pijnlijk duidelijk in de periode van 2007 tot nu. De MSCI World Value Index steeg in die zeventien jaar met 33%, waar de MSCI World Growth Index er bijna 250% bij wist te plussen. In 2022 was er even de hoop dat er een einde aan de ‘droge periode’ voor waardeaandelen was gekomen – en ik ben ervan overtuigd dat dit een keer zal gebeuren -, maar inmiddels is de relatieve performance weer teruggezakt naar het dieptepunt van 2021.

Ook de beleggers in low-vol-aandelen hebben het de laatste jaren moeilijk. Wie in juni 1988 in de MSCI World of in de MSCI World Minimum Volatility Index had belegd, had in beide gevallen een jaarlijks rendement behaald van 7,6%. Eenzelfde rendement, maar tegen een lagere volatiliteit: prima toch?

Zeker, ware het niet dat er in 1988 nog geen beleggingsproduct bestond waarmee je in laagvolatiele aandelen kon beleggen. Die verschenen pas rond 2006/2007, terwijl de populariteit pas vijf jaar later echt op gang kwam. Gerekend vanaf die instapmomenten zijn laagvolatiele aandelen aanzienlijk achtergebleven bij de bredere markt.

Kortom, ook voor factorbeleggen geldt: there is no free lunch. Soms doen factoren het prima, soms niet. Een heilige graal is het niet, het is gewoon beleggen.

(origineel gepubliceerd in het Financieele Dagblad van 14 februari 2024)

Leave a comment